Fysieke en mentale weerbaarheid binnen de forensische zorg
Tijdens het vorige huisbezoek had je al een onderbuik gevoel dat Hendrik niet lekker in zijn vel zat. Hij was afwezig en leek vooral bezig te zijn om jou weer weg te krijgen. Je merkt dat je deze keer met een dubbel gevoel aanbelt. Hoe zou het nu gaan?
Je voelt je verantwoordelijk en gaat toch bij hem kijken. Je hebt wel tegen je collega gezegd dat je het wat spannend vond, maar een collega meenemen is toch niet nodig, je kent Hendrik al zo lang. Je belt aan en je ziet beweging binnen. Hendrik doet open en je ziet dat hij er wat onverzorgd uitziet. Hij is ongeschoren en ziet wat bleekjes. Je gaat naar binnen en spreekt je zorgen uit. Hendrik ontploft en vliegt je aan, hij pakt je vast en schreeuwt.
Als je werkt in de forensische zorg krijg je te maken met verschillende vormen van agressie. Dit kan verbaal, mentaal en/of fysiek zijn.
Agressie is altijd een uitingsvorm van iets dat eronder ligt: een behoefte, een wens of een eis. Hoe heftiger de agressie is, hoe moeilijker het vaak wordt om hiernaar op zoek te gaan.
Zowel bij de cliënt als de medewerker liggen er behoeftes aan ten grondslag. De cliënt vraagt misschien om duidelijkheid, om verbinding of om gehoord te worden. En jij als medewerker hebt mogelijk dezelfde behoeftes. “Ik sta hier zo mijn best te doen voor de cliënt, waarom kan hij het niet aannemen van me?”
De kern van deze training is:
- ken je cliënt
- ken jezelf in relatie tot je cliënt
Als je met cliënten werkt, kun je in spanningsvolle situaties komen met elkaar. Dat kan met van alles te maken hebben. Je wilt hier graag samen goed doorheen komen, zodat je met elkaar leert dat je de veilige ander wordt/blijft voor de cliënt. Hier is wel het één en ander voor nodig.
Belangrijk is dat je allereerst de cliënt goed kent met wie je werkt. Hierin is de betekenis van het gedrag essentieel. Binnen de training zoomen we hierop in: we zien bepaald gedrag en wat is de betekenis van dit gedrag? Welke behoefte ligt daaronder? Wat vraagt dit van ons als begeleiders?
Daarnaast gaan we inzoomen op jou als medewerker. Daar ligt gelijk ook het accent van de training. Je gaat op zoek naar je eigen betekenis verlening. Hoe ziet jouw spanningsopbouw er eigenlijk uit? Wat merk je zelf, wat is zichtbaar/voelbaar voor anderen? Waar heeft dit mee te maken? Wat helpt je om weer te reguleren?
Dit helpt om je mentale weerbaarheid te vergroten. Je krijgt inzicht in je eigen proces en handvaten hoe je meer grip kunt krijgen hierop.
Je vergroot hiermee je eigen veerkracht.
Daarnaast kunnen we ook fysieke technieken trainen. De fysieke technieken hebben als enige doel het veilig een situatie te verlaten. We trainen technieken, maar vooral inzicht om preventief en actief te reageren.
- onderscheid maken tussen gedrag en behoefte
- de kern van de hulpvraag van de cliënt vertalen naar begeleidingsstijl
- bewustwording van en inzicht in je eigen spanningsopbouw
- manieren vergroten om te reguleren
- effect kennen van je eigen handelen op de ander
- weten wat je nodig hebt in je eigen opvang en nazorg en weten wat helpend is voor een ander
Inhoud van de training:
- gedragsinterventieplan cliënt
- gedragsinterventieplan medewerker
- ervaringsoefeningen als afstand en nabijheid
- eerste opvang en nazorg door jou en je collega’s
- OK vierkant om zicht te krijgen op de positie die de medewerker inneemt ten opzichte van de ander (cliënt, collega, familie)
- werkplaats met een trainingsacteur
- trainen van fixatietechnieken
Praktische informatie
Deze training is altijd maatwerk. Op basis van jullie vraag kunnen we accenten verleggen.
De basistraining bestaat uit 2 dagen (of 4 dagdelen) zonder fysieke technieken of 3 dagen met fysieke technieken.
Voorafgaand aan de training maken de deelnemers een e-learning. De studiebelasting hiervan is 3 kwartier.
We adviseren minimaal 1x per jaar een follow up van een dag(deel) om zo het geleerde blijvend te kunnen door ontwikkelen. Wij zoomen altijd in op eigen casuïstiek, op eigen thema’s. Naast de onderdelen die hierboven staan, kunnen we een dag(deel) invullen over bijvoorbeeld het thema:
- grenzen
- reguleren en co-reguleren
- samenwerken binnen het team
- verdieping op de betekenisverlening van de medewerker